We leven in een vreemde tijd. Tot voor kort dachten we dat dit de beste tijd ooit was. Maar de afgelopen jaren is de sfeer razendsnel omgeslagen. Tegenwoordig haasten we ons van crisis naar crisis en vrezen we het allerergste. Hoe heeft het zover kunnen komen? Breukers en Godrie laten zien dat onze problemen ver teruggaan en voortkomen uit een almaar groeiende verslaving aan één idee: Oneindigheid. In dit interview vertellen de auteurs waarom we moeten afkicken.
Door: Sanne Peters
“Voor ons is oneindigheid een idee dat vele gezichten heeft. De kern van dit idee bestaat eruit dat het allerlei vormen van eindigheid ontkent”, vertelt Walter. “Voorbeelden zijn de ontkenning van de begrenzing van het leven en onze planeet, maar ook de ontkenning van de beperkingen van kennis. Of dat je uiterlijk langzaam verandert, je dat niet wilt accepteren en het daarom ontkent met een botoxspuitje.”
Benieuwd naar het boek Verslaafd aan oneindigheid?
“Met name op de kunstacademie en het conservatorium kreeg ik bij het maken van schilderijen of muziek de hele tijd de neiging om mijn werk te meten met de allergrootste kunstenaars en muzikanten”, zegt Jaap. “Het is heel mooi om daar verhalen over te lezen, maar als je zelf iets wil maken en je bent de hele tijd met de grootsten der aarde bezig, werkt dat enorm verlammend. Je krijgt daardoor bijna niets voor elkaar. Elk experimentje dat je doet, waar mogelijkerwijs iets prachtigs uit kan voortkomen, leg je steeds langs een oneindige meetlat. Dat is een typische vorm van oneindigheidsdenken die veel mensen wel herkennen. Het beperkt wat je zou kunnen doen en het plezier dat je daaruit kan halen.”
“Een belangrijke stap is om alle vormen van oneindigheid die in onze cultuur een belangrijk rol hebben te ontmantelen”, begint Walter. “In het boek is de gedachte Oneindigheid zelf aan het woord. Het probeert dingen die wij heel belangrijk vinden anders te bekijken, door te prikken of om te keren, zodat je ziet dat het ook anders kan. Bijvoorbeeld het dominante gevoel dat we ergens naartoe moeten. Dat we als persoon de absolute top moeten bereiken en carrière moeten maken. Dit boek zegt: zoals jij bent, die 40 biljoen cellen die tegelijkertijd kunnen tennissen, de telefoon kunnen opnemen, en na kunnen denken over een gedicht, dat is al behoorlijk briljant. Je hoeft niet per se ergens naartoe, je bent al indrukwekkend zoals je bent. Als je dat ziet, kan je het verlangen naar oneindigheid loslaten. Dat scheelt tijd, moeite, stress, ellende en geeft je rust, vrede en plezier. Er ontstaat dan ook ruimte voor andere manieren van denken. Als je inziet dat in de beperking ook mooie dingen schuilgaan, hoef je er ook niet van weg te vluchten.”
“Voordat die ontmanteling plaatsvindt, moet je de oneindigheid echter wel eerst herkennen”, vult Jaap hem aan. “Een mooie zin uit het boek vind ik: ‘Als je niet naar de top hoeft, kun je overal naartoe.’ Het lijkt soms wel alsof we enkel in één richting verder kunnen komen. Terwijl in alles rondom dat ene pad juist veel avontuur ligt te wachten. Het zou mooi zijn als daar meer oog voor is na de ontmanteling.”
“Als je niet naar de top hoeft, kun je overal naartoe.”
“Dat we het leven een hernieuwde waardering kunnen geven, inclusief onze inherente verbondenheid daarmee”, zegt Walter. “Die verbondenheid is evident: we zijn al 4 miljard jaar verbonden als levensvormen, maar dat zijn we uit het oog verloren. Dan kun je je makkelijk eenzaam voelen, zeker in deze coronatijd. Maar als je je realiseert dat alle levensvormen verre familieleden zijn, dan voelt het al een stukje beter.”
“Ik hoop dat de speelsheid van de vorm en inhoud van het boek overslaat op mensen”, vertelt Jaap. “Dat ze erdoor geïnspireerd raken om wat losser te denken over belangrijke zaken. Een groot raadsel in onze tijd vind ik dat veel mensen aanvoelen dat het niet goed gaat wat betreft klimaat, biodiversiteit of schaarste aan grondstoffen. Tegelijkertijd denken veel van hen dat de manier waarop we leven de best mogelijke manier is, waarbij ze geen alternatieven zien. Dat is een vreemde combinatie. Hoe kunnen wij loskomen van onze rigide manier van denken en wat speelser en creatiever worden om nieuwe ideeën te ontwikkelen en anders verder te kunnen? Met ons boek proberen we daar een positieve bijdrage aan te leveren.”