Nu verkrijgbaar: Stop met redelijk zijn van Eleanor Gordon – Smith

Vandaag verschijnt bij Uitgeverij Ten Have het nieuwe boek van Eleanor Gordon – Smith: Stop met redelijk zijn.

Stop met redelijk zijn

Eleanor Gordon-Smith laat in Stop met redelijk zijn zien hoe wij van mening veranderen. Levensveranderingen vinden zelden plaats na een zorgvuldige afweging. Hoe komt het dan dat we nog steeds denken mensen met argumenten te overtuigen anders te leven. Gordon-Smith onderzoekt waargebeurde verhalen van mensen die hun leven radicaal omgooiden: van het uittreden uit een sekte tot het aanpassen van onze herinneringen. De auteur houdt ons met diepgang en humor een confronterende spiegel voor: zijn we wel zo rationeel als we denken?

Eleanor Gordon – Smith

Eleanor Gordon-Smith is een Australische schrijver, filosoof en radiomaker. Zij werkt op het snijvlak van academische filosofie en de rommelige chaos die leven heet.

Lees een fragment uit Stop met redelijk zijn

Plaats van handeling: een Mexicaans eettentje in Kings Cross, in de binnenstad van Sydney. Ongeveer zeven uur ’s avonds. Dramatis personae: ikzelf, duidelijk lijdend aan wat de Duitsers Weltschmerz noemen, de wereld moe. Mark, een man even verderop. Een andere man die daar samen met Mark zit, wiens naam ik ben vergeten en die ik dus voor het gemak maar ‘Mark 2’ noem. Er ligt een microfoon op tafel, want ik houd net even een pauze in mijn opnames. Een burrito – zo’n grote, hele echte, met veel calorieën en kaas, zo dik als mijn arm en gewikkeld in folie, het hoogtepunt van mijn avond. Een korte pauze, hap, slecht getimed oogcontact. ‘Je mag mijn burrito ook zo in je mond nemen, hoor,’ zegt een van de Marken.

Ik was bezig geweest met opnames van gesprekken met mannen die me nariepen, voor het Amerikaanse radioprogramma This American Life. Mannen die vrouwen naroepen op straat hadden me al verward sinds de lagere school, toen de eerste man op de eerste straathoek afremde om iets te roepen dat door het dopplereffect verloren ging voor ik het kon verstaan. Sinds die tijd heeft de verzameling dingen die ik mannen heb horen zeggen en heb zien doen op straat me opgezadeld met een beeld van de bizarre mix van aanschouwelijk seksisme en kinderlijke hoop dat ik nooit zal kunnen begrijpen. Is er één duidelijke, terugkerende motivatie te herkennen in al het gefluit en de gejoelde complimenten, en van daar naar de ongewenste aanrakingen? Die heb ik wekenlang geprobeerd te vinden. ’s Avonds laat ging ik met een microfoon en een recorder de straat op in de wijk waar het nachtleven van Sydney zich afspeelt, waar de hemel wordt verlicht door neon en de goten zijn geplaveid met braaksel. Ik wachtte op het onvermijdelijke commentaar en draaide me dan om met de vraag: ‘Wat hoopte je daar nou mee te bereiken?’ De meeste mannen namen de moeite om die vraag te beantwoorden. Zo was daar Sebastian, een ‘propper’ die tot taak had om passerende groepen jongemannen een nabijgelegen herenclub binnen te praten waar ze gretig op dure plaatsen zouden zitten, bijna uit hun veel te strakke overhemden knappend, als testosteron-worstjes die uit hun vel klappen. Toen ik Sebastian de eerste keer voorbijliep, maakte hij een gebaar alsof hij een paar onzichtbare spookborsten streelde, en toen ik hem vroeg of hij dacht dat vrouwen dat leuk vonden, vertelde hij me dat hij zijn vriendin had leren kennen door haar na te roepen. Ik vroeg hem of ik zijn telefoon mocht lenen om het na te vragen. Dat mocht ik niet. En dan was er Duncan, die Schotse rugzaktoerist die stond te wachten tot zijn maat uit de slijterij zou komen en die naar me floot toen ik aan hem voorbijliep. Hij vond het belangrijk om me te vertellen dat hij was afgestudeerd – ‘Nooit zomaar afgaan op eerste indrukken!’ – en vertelde me dat meisjes wanneer hij naar hen floot soms ‘O, dank je schat’ zeiden. En er was dat joch dat zo ongelooflijk high was en wiens naam op de opname onverstaanbaar is omdat hij hevig aan het kauwen was op een hoeveelheid drugs zoals alleen Hunter S. Thompson die tot zich zou hebben genomen en die hij duidelijk nog niet achter zijn kiezen had. Hij huilde bijna terwijl hij me vertelde dat hij gewoon niet wist hoe hij met vrouwen moest praten.

En dan waren er dus de Marken, waarvan er een die opmerking maakte over zijn burrito en vervolgens vrijwel direct zijn medeleven betuigde over het gedrag van mannen. ‘Als je dan dacht dat wij erg waren,’ zei een van hen toen we buiten het burritotentje bijeenstonden, ‘dan zou je onze baas eens moeten leren kennen. Hij ziet eruit als Humpty Dumpty, maar denkt echt dat alle vrouwen hem willen. Laatst was ik met een meisje, en toen kwam hij naar ons toe en greep haar bij de heupen en zei: “Hé schatje, laten we eens een koffietje doen.” Ze begon te lachen, maar vroeg hem ook om haar niet meer aan te raken. Hij begreep het zowaar, maar… eigenlijk snapt hij er niks van. Hij is echt heel koppig.’ Het verbaasde me dat deze mannen bereid waren om zich te laten interviewen. Nu heb ik toevallig een bijzonder gevaarlijk ogende recorder, zo een met een knal helder rood lichtje dat aangeeft dat hij opneemt en dat je niet kunt missen terwijl je spreekt, zodat je geen moment vergeet dat je genadeloos wordt vastgelegd. Hij ziet eruit als zo’n ding waarmee een journalist van de roddelpers je achterna zou zitten wanneer je als corrupte burgemeester uit een vervelende rechtszitting komt. Ik hield er dus rekening mee dat de mannen die ik ermee wilde interviewen alle kanten op zouden stuiven, zoals de ratten in Ratatouille wanneer de oude vrouw ze voor het eerst ontdekt in haar dak. Toch is dat maar één keer voorgekomen – een vent brulde ‘Feministe!’ en duwde zijn vrienden weg. Veel vaker gaven deze mannen verbazingwekkend veel van hun ziel bloot in ruil voor een kans om op de radio te komen. ‘Geweldig vind ik dit!’ zei er eentje. ‘Ik vind het geweldig om te worden geïnterviewd!’

Stop met redelijk zijn

Eleanor Gordon-Smith laat in Stop met redelijk zijn zien hoe wij van mening veranderen. Levensveranderingen vinden zelden plaats na een zorgvuldige afweging. Hoe komt het dan dat we nog steeds denken mensen met argumenten te overtuigen anders te leven. Gordon-Smith onderzoekt waargebeurde verhalen van mensen die hun leven radicaal omgooiden: van het uittreden uit een sekte tot het aanpassen van onze herinneringen. De auteur houdt ons met diepgang en humor een confronterende spiegel voor: zijn we wel zo rationeel als we denken?

20,99 euro

Bestel direct